Welkom bij de persontrainerpodcast, de plek waar jij als persontrainer inspiratie, motivatie en de nieuwste inzichten krijgt om je carrière te laten groeien. Of je nu net begint of al een expert bent, wij helpen je om het beste uit jezelf en jouw klanten te halen. Deze podcast is mede mogelijk gemaakt door BAPT.
BAPT biedt niet alleen fitness opleidingen, maar ook een ondersteunende coachescommunity. Kortom, alles om van jou de beste coach voor jouw klant te maken. Wil je meer informatie, dan kan je terecht op de website www.bapt.be. Hallo en welkom bij de persontrainerpodcast.
In deze aflevering gaan we eens kijken in welke gevallen een assessment niet altijd nodig is. Bij BAPT zijn we grote fan van het afnemen van een goed assessment tijdens de intake, maar in sommige gevallen is een assessment soms overbodig. Michiel, ik weet dat we daar een beetje een verschil in hebben, dat jij iets minder assessments afneemt.
Misschien is dat leuk om af te toetsen wat daar de reden van is. Natuurlijk, je hebt offline en je hebt online. Daar wil ik het ook zeker over hebben.
Offline een assessment afnemen in een PT-setting is veel makkelijker dan online. Dat is veel complexer. Wat is de reden dat jij in een offline minder werkt met een assessment? Omdat de meeste klanten die ik vroeger had offline gebeuren bij een basic fit, eigenlijk vrij veel overgewicht hadden.
Daarin kon ik al vrij snel afleiden dat bijna bij de negatieve resultaat gingen hebben of er krijgen. Toen heb ik besloten dat we direct aan de slag gaan met makkelijkere varianten, waarvan ik weet dat ze die sowieso kunnen uitvoeren. Dat werkt ook gewoon motiverend voor de klant.
Als je direct assessments of oefeningen gaat laten doen die voor een klant moeilijk zijn, of je laat een klant bijvoorbeeld bij je intakegesprek een squat doen en je ziet dat die squat op geen goede manier wordt uitgevoerd, kan dat al demotiverend zijn voor die klant? Wat kom ik hier eigenlijk doen? Want ik kan nog niet eens op mijn benen staan, hebben wij zo'n spreken. Dus op basis daarvan heb ik vrij snel beslist dat bij bepaalde mensen doe ik het wel en bij bepaalde mensen doe ik het niet. Ik denk dat we hier al twee categorieën uit kunnen afleiden.
Namelijk de eerste categorie mensen met zwaar overgewicht. Daar gaan we niet echt een assessment bij nodig hebben met bepaalde redenen. Eén, door het overgewicht gaan ze de oefeningen waarschijnlijk niet optimaal kunnen uitvoeren.
Twee, het startschema dat je gaat geven gaat toch vaak een schema zijn waar je niet mega over moet nadenken. Ook hun lichaamsgewicht gaat limiterend zijn bij de oefeningen. Dus er is niet veel dat we uit een assessment gaan halen wat een impact gaat hebben op het schema.
En dan de tweede categorie, dat waren dan de mensen waarbij je heel fel merkt dat ze heel weinig zelfvertrouwen hebben. Want dat is inderdaad wel iets waar je in een assessment een nadeel kan zijn. Je focust altijd op de negatieve dingen van de klant.
Je zegt dat was minder goed en dat was minder goed. Je moet eens inbeelden dat als je een reeks van tien assessment oefeningen hebt en die faalt op alle tien oefeningen, dan gaat die klant echt... Ja, dat is niet tof. Ik kan je zeggen, die zakt echt gewoon door zijn schoenen door.
Ja, dat is niet tof. Dus daar moet je qua communicatie als coach heel goed mee leren omgaan dat je niet constant het negatieve gaat benadrukken in een assessment. Dat je eerder focust op wat was positief en wat negatief was, dan neem je natuurlijk mee, want daar ga je aan werken.
Maar focus vooral op dat positieve verhaal. Een assessment afnemen... Je hebt het er juist gehad over een bodyweight squat. We hebben daar een hele grote range in van assessments waarbij we effectief met een goniometer bepaalde graden gaan meten en met een inclinometer bepaalde graden gaan meten.
Ook de graden in de hoek van de heupen en dergelijke, daar ben ik ook geen voorstander van. Dus vanaf dat iemand met die assessments begint, dat vind ik sowieso overbodig, omdat we dan proberen heel objectief te zijn en met cijfers te werken. Maar ja, dat stelt uiteindelijk weinig voor.
Dus dan zien ze, oké, we hebben nu zoveel graden, we moeten nu naar die aantal graden, maar dat is zo subjectief eigenlijk. Dat heeft gewoon weinig nut. Dus wij proberen altijd daar heel simpel mee om te springen en op het zicht in een test te zien, valt het onder de standaard of valt het niet onder de standaard? We noemen dat dan dysfunctioneel oranje of dysfunctioneel rood.
En dysfunctioneel rood is een ernstige houdingsafwerking en dysfunctioneel oranje is middelmatig. Of is het functioneel? Functioneel is groen, dat kan natuurlijk ook. Dat is ook altijd een optie.
Een assessment is wel iets wat we vaak toepassen, maar nogmaals, het aantal oefeningen die je dan doet, kan ook afhankelijk zijn van de klant. Het kan zijn dat je zegt, oké, we gaan drie oefeningen nemen als assessment en bij een ander klant kan het zijn dat je de volledige range doet. De volledige range is bij ons 28 oefeningen.
Dat is veel, maar als je daar geroutineerd in bent, dan heb je die op 20, 25 minuten gescreend. Dus uiteindelijk kost het niet heel veel tijd. Nee, het kost niet superveel tijd.
Vanaf dat je die volgorde goed kent en je weet naar wat je moet kijken, dan gaat dat heel snel vooruit en dan haal je daar wel heel veel extra dingen uit. Maar nogmaals, er zijn cases zoals mensen met overgewicht en mensen die zeer onzeker zijn, focus dan altijd op dat positieve. Ik denk, vroeger zouden we ook gezegd hebben bij kinderen dat we ook geen assessment gaan doen.
Maar om heel eerlijk te zijn, ben ik daar wel wat vanaf gestapt in de zin van, ik zou meer toch een assessment doen, maar een andere soort. Meer focussen op het screenen van stabiliteit bijvoorbeeld. Stabiliteitsscreening doen we met een algemene Genpop-klant wel, maar dat is maar één of twee testen.
Bij kinderen kunnen we daar wel volle bak op focussen, omdat dat normaal gezien wel in orde zou moeten zijn. En doordat kinderen heel vaak nog gigantisch veel zitten op de schoolbanken, ze hebben een zware boekentas, soms ook niet echt veel sporten, heel veel gamen thuis, dus ook nog eens heel veel zitten, merken we toch wel dat de fysieke capaciteiten van vele kinderen heel veel achteruit gaan. Dus moeten we, spijtig genoeg, daar ook wel een assessment bij beginnen doen.
Tekenvast. Is er iets zoals een assessment van kracht of zo, dat jij vroeger hebt gedaan? Dus kracht testen of niet echt? Nee, ik heb dat wel in mijn opleidingen en dergelijke ook allemaal gezien, om dan van daaruit eigenlijk te gaan weten met welk gewicht of met welk intensiteitstempo kan ik gaan werken met de schema's. Maar ik heb dat eigenlijk nooit gedaan.
Nee, ik denk die ENRM-testen, ik ben er ook helemaal geen voorstander van, zeker bij Genpop-klanten, omdat dat weinig tot niks zegt. Als een klant voor de eerste keer komt sporten, na vijftien jaar, om dan te zeggen we gaan eens testen hoeveel dat uw max-quad is. Je zou nog kunnen zeggen van we werken naar een vijf-RM toe, maar zelfs dat, gelijk dat je zegt... Niet nodig.
Als je met al iets of wat, dat is dan nu eigenlijk vooral een beetje het voordeel met mijn online klanten nu, die hebben de meeste hebben allemaal wel trainingservaring, dus die weten ook wel, als ik tegen hun zeg van oké goed, je gaat een squat tussen de rep range van 6 tot 8 gaan uitvoeren, hebben de meeste wel een idee van oké, ik moet op plusminus dat gewicht gaan gebruiken. Ja, en dat is het punt. In het begin ga je de klanten coachen en begeleiden en je gaat bijvoorbeeld werken rond tien tot twaalf verhalingen.
Jij gaat als coach perfect kunnen zeggen oké, we gaan nu opbouwen en je merkt van oké, die klant kan nog meer, kan nog meer, tot hij op een gewicht komt waar ze moeite hebben om tien tot twaalf verhalingen te halen en dan ga je weer in een volgende fase eventueel naar zes tot acht. Dat gewicht bouwt op. Dus je één-RM of je vijf-RM maakt totaal niet uit.
Het gaat om het gewicht dat de klant kan nemen voor het aantal voorgeschreven herhalingen en dat is eigenlijk het belangrijkste. En als dat stijgt, dan is het geen probleem. Dus je moet zeker assessments rond krachttraining zijn totaal niet nodig.
De enige vorm van klanten waarbij dat nuttig kan zijn is bij atleten. Bij topatleten en we gaan werken met olympische lifts bijvoorbeeld. En ook richting olympische lifts om explosiever te worden.
Dan werk je altijd met een percentage van die lifts en om dat percentage te kunnen berekenen moet je natuurlijk je max weten. Maar dan hebben we het over personen die veel ervaring hebben, die al enkele jaren trainen, die op hoog niveau trainen en waar het ook geen enkel probleem is om een, en dan zou ik inderdaad een vijf- of een drie-RM test doen, mee uit te voeren om dan daarna de percentages van de training te kunnen berekenen. De meeste geavanceerde krachttraining methodes zijn ook allemaal percentage-based.
Als je kijkt naar maximale kracht, naar de powerlifters, dat is allemaal op percentages. Als je kijkt naar de olympische lifters, ook allemaal op percentages. Dan zeggen ze 65%, drie herhalingen, 70%, drie herhalingen.
Dat zijn hele andere periodisaties als dat wij als coach gewend zijn om met onze genpop klanten te doen. Dus wij werken met een rep range en we werken een gewicht. We nemen een gewicht dat voor de rep range toepasbaar is en dan maakt de één-RM totaal niet uit.
Testen op gebied van explosiviteit, sprongkrachttesten en zo, heb je dat ooit gedaan? Nee, omdat de meeste van mijn genpop clients eigenlijk ook niet echt die op zoek waren naar die explosiviteit of zo eigenlijk. Het hangt er natuurlijk gewoon allemaal vanaf welk type klant ervoor komt zitten. Ja, klopt.
Ga je werken met atleten, kan dat zeker een interessante zijn, omdat explosiviteit sowieso naar endurance toe een enorm groot voordeel biedt. Maar een gewoon genpop client die met zijn kinderen in een tuin wilt spelen en die niet meer buiten adem wilt, zelfs als hij een trap op loopt, gaat die voordeel bieden uit een assessment van explosiviteit? Nee, dat is ook een assessment dat inderdaad overbodig kan zijn en waar we ook enkel toepassen bij atleten waarbij explosiviteit interessant kan zijn. Dus kracht, explosiviteit hoef je zeker niet te screenen.
Conditiescreening. Bijvoorbeeld, we doen een 500 meter roeitest en we kijken of je je tijd kan verbeteren. Daarvoor staan ervan, met genpop? Want dat ligt zo een duidelijkheid.
Ik ben er geen voorstander van. Zeker niet in het begin. Maar het kan misschien op een gegeven moment wel een leuk doel zijn om zo een nevendoel te maken.
Want ja, ik wil fitter worden en ik wil mijn kinderen in een tuin kunnen spelen. Ja, dat is heel floe. Dat is niet... Dus ik ben een heel grote fan van altijd zoveel mogelijk nevendoelen te maken.
Zowel op gebied van kracht, maar ook eventueel op gebied van conditie. Ik zou dat... Ja, ik weet niet waarom, maar ik heb dat mezelf gewoon nooit niet aangeleerd om dat vanuit een intakegesprek dan te gaan balanceren. Ik zou dat gewoon, als ik dat impulsief beslist van vandaag gaan we roeien, we kijken naar welke tijd zetten we neer vandaag, dan zorg ik dat we volgende week een stel rundtijd neerzetten.
Oké, ja, volgende week is dan... Wij zijn aan het spreken. Ja, wij zijn aan het spreken, dus we zouden kunnen zeggen, inderdaad, en we gaan doen. Ik kijk gewoon altijd in de eerste training naar wie staat er voor mij, welk gewicht kunnen we hanteren.
Want uiteindelijk, hoe je het draait of keert, maar een lichaam functioneert nog altijd anders onder meer belastbaarheid dan dat je bij zo'n spreken een assessment gaat doen op basis van leningheid en dergelijke. Als je uiteindelijk gaat kijken naar hoe het zit met de enkelmobiliteit en zo, zet daar in plaats van een lege bar 50 kilo op de bar om te squatten, die beweging kan er helemaal anders gaan uitzien. Ja, ja, dat klopt, dat klopt.
Dus vandaar is eigenlijk mijn visie een beetje gekomen van, oké, goed, ik test gewoon de klanten op de eerste training zelf, met gewicht, hoe presteren ze, hoe zien de oefeningen eruit. En op basis daarvan kon ik eigenlijk verder het trainingsschema's gaan ophouden. Ja, en het is nog een visie waar ik nog van gecoacht heb, gehoord ze daar niet van.
Je weet dat bij ons ligt die visie iets anders. Ik geloof dat voor alle duidelijkheid. Wij werken vooral volgens het principe, we gaan screenen wat de klant kan, om dan de juiste oefening te kunnen geven.
Dus op die manier, dat is de visie binnen de assessment van BAPT. Maar niet alle assessments zijn noodzakelijk. Denk aan hetgeen dat we net hebben gezegd.
De graden te meten en met de inclinometers en dergelijke, totaal niet noodzakelijk. Stick to the basics. Een goeie squat-assessment, een single leg squat-assessment, niet tot op de grond, maar kijken hoe ver de knie stabiel kan blijven.
Enkel mobiliteitsscreenen... Single leg squat, ik denk dat er wel niet veel kunnen uitvoeren. Nee, maar de range is ongeveer een max 20 cm. Om te kijken, kan je, als je door één been zakt, blijft je heup stabiel en je knie stabiel.
99% van de klanten faalt, maar geeft je wel weer wat extra input en extra informatie. Dan de analytische screenings, zoals enkel mobiliteitsscreenen, heup-mobiliteit, toracale mobiliteit, schouder-mobiliteit, vind ik wel interessant om te screenen. Maar daartegenstaande, als we kijken naar de krachtscreenings, om een rem te testen en zo, totaal niet noodzakelijk.
Niet doen explosiviteitsscreenings ook niet noodzakelijk met genpop-klanten, focus daarop alleen met atleten. Conditiescreenings zou eventueel leuk kunnen zijn als je daar ook een doel aan wil koppelen. Want uiteindelijk, conditie is ook specifiek.
Het is niet omdat je een goeie fietser bent, dat je een goeie roeier bent. De top-atleten zijn over het algemeen wel redelijk goeie atleten, maar je moet het altijd vergelijken met de top van dezelfde sport. Een goeie roeier kan een goeie fietser zijn, of een top-roeier kan een goeie fietser zijn, maar dat gaat niet zozeer een topfietser zijn.
Ik merk dat zelf in mijn highrockstrainingen nu ook. De oefeningen met meer kracht gaan mij simpel af, zoals een slee duwen en slee trekken. Maar laat mij dan bij zo'n spreek in het roeien doen, of het lopen doen.
Daar sukkel ik dan weer zelf harder mee, terwijl anderen het lopen misschien de makkelijkste oefening van allemaal vinden. Ja, klopt. Dus altijd goed gaan zien, richting de screen, welke assessments interessant zijn voor jouw klanten.
Voila. Dus, assessments, ja en nee. Wij zijn er grote voorstander van, maar weet de welke.
Niet alles en alles maar screenen om te screenen. Altijd weten waar je je erachter hebt. En welke klanten heb je ervoor gestaan.
Yes, dan willen wij jullie weer bedanken om te luisteren naar deze aflevering. Zoals altijd, heb je vragen, dan kan je terecht op onze sociale media. En dan horen we jullie graag een volgende keer.
Bye bye. Bedankt voor het luisteren naar de Personal Trainer Podcast. Vond je deze aflevering waardevol? Laat dan een review achter op Apple Podcasts, Spotify of waar je ook luistert.
En help andere trainers ons te ontdekken. Jouw feedback maakt echt het verschil. Alvast bedankt, tot de volgende keer.
Ciao.